
Kingdom Come: Deliverance – Review
Kingdom Come: Deliverance is een historisch accurate RPG die de hard in hardcore stopt. Wouter trok z’n kniekousen, tabberd en buis aan voor deze review om zich helemaal te kunnen verplaatsen in de Bohemen van de 15de eeuw. Het was bijzonder oncomfortabel en episch tegelijk…
Wouter speelde Kingdom Come: Deliverance op de PC voor deze review. De PS4-versie schijnt een stuk meer technische problemen te hebben en de Xbox One-versie heeft zelfs nog geen Day One Patch gehad, waarmee het inmiddels een Week One patch is geworden.
Kingdom Come: Deliverance is het soort game waarin je praktisch in één en dezelfde quest line, van het hoofdverhaal nog wel, de volgende dingen moet doen:
-5 minuten lang (althans, zo lang voelt het) achter een dude aanlopen op een paard, terwijl jij wandelt.
-Een kwartier lang op stilstaande hazen schieten met een pijl en boog zonder crosshair, terwijl je character even stabiele handen heeft als Kermit de Kikker.
-In een lap bos van een paar kilometer omtrek op zoek gaan naar een knakker die gevangen genomen is door een stel bandieten.
-Op zoek gaan naar of ander een of andere ginger dude, en dan in drie verschillende kampen, die elk een kilometer of wat uit elkaar liggen, te horen krijgen dat hij daar niet is. Gelukkig heb je tegen deze tijd een paard.
-In lap bos van een paar kilometer omtrek op zoek gaan naar het tentje van een stel bandieten. Ik heb de precieze locatie uit ellende maar geGoogled.
Klinkt niet echt boeiend, of wel? En toch vermaak ik me best wel goed met deze RPG.
Kingdom Come: Deliverance – machtige momenten
Het plezier van Kingdom Come: Deliverance zit hem in de machtige momenten, vooral wat betreft drama, die je bijna het gevoel geven iets belangrijks te spelen. Dit is namelijk een RPG zonder fantasy, een game die probeert op realistische wijze het 15de-eeuwse leven in het gebied rondom Praag (Bohemen) na te bootsen. En soms slaagt het daar hard in! Door een leger Koemanen op intimiderende wijze aan de met zonnestralen versierde horizon te laten opdoemen bijvoorbeeld. Of Henry, het hoofdpersonage, in de regen huilend door z’n knieën te laten zakken omdat het leven in de middeleeuwen fucked up is. De voorzichtige romance met een simpele molenaarsdochter. Een minstens zo aandoenlijke bromance met een verwend ventje van adel. Het is bizar dat een game met zulke stijve character models zo hard op je emoties weet in te spelen, iets wat ik in de eerste uren nooit had kunnen voorspellen, met name niet toen er een kroegtrol genaamd Bianca geitig om Henry zat te giechelen. Ondanks dat zoveel elementen een goed verhaal in de weg staan, weet Kingdom Come met een hoop rake dialogen, ontzettend sterke muziek en interactiviteit op de juiste momenten heel goed op je gevoelens in te spelen. Jammer dat er zoveel andere zaken KUT zijn!
Kingdom Come: Deliverance – Morrowind-flashbacks
Wanneer was de laatste keer dat je in een RPG moést eten om de zoveel uur, omdat je anders dood gaat? Of dat je moet slapen, jezelf regelmatig moet wassen, je kleren laten maken én je armor uit moet laten deuken, want anders kan je sommige quests simpelweg niet doen? En laat ik niet het fucking save-systeem vergeten, want dat is echt zó antiek en onhandig, dat er een mod voor was gemaakt voordat Kingdom Come: Deliverance goed en wel gereleased werd. Toch zijn deze bijna achterlijke mechanieken deel van een best wel diep overkoepelend systeem, waar ik wel bewondering voor moét hebben. Het geeft me Morrowind-flashbacks, wat zowel een compliment als een burn is. Want hoe vet het derde deel van The Elder Scrolls ook mag zijn, de game stamt inmiddels wel uit 2002. Gameplay heeft zich in de tussenliggende jaren verder ontwikkeld, gamers hebben inmiddels minder geduld en ontwikkelaars respecteren onze tijd meer. Maar Warhorse heeft daar dikke poep aan en schaamt zich niet om mij fucking pissig te maken met een BITCH van een lockpicking-systeem. Je wordt er wel steeds beter in op een manier die ik echt heel erg waardeer: sla genoeg met je zwaard en je sword fighting skill gaat omhoog, ren en klim en je vitality wordt beter, etc. Het gaat zelfs zo ver dat je skills hebt voor lezen en drinken! Stel jezelf dus genoeg open en verzuipen in Kingdom Come haar diepe wateren moet geen probleem zijn.
Kingdom Come: Deliverance – belachelijk antiek
Het doel van ontwikkelaar Warhorse Studios was om een The Elders Scrolls V: Skyrim zonder draken te maken en ik kan niet anders zeggen dat dit ambitieuze plan voor een groot deel fucking geslaagd is. Het is meer een The Elder Scrolls III: Morrowind geworden, dat wel, maar laten we niet vergeten dat dit een indie game is, een Kickstarter-project. Het is dan ook een titel waarin ik het ene moment totaal opgeslokt in een spannend zwaardgevecht verwikkeld zit, want het uitgebreide vechtsysteem is redelijk fantastisch in haar realisme. Maar het is ook voorgekomen dat ik de game aan het exploiten was door vanaf m’n paard op ongemakkelijke wijze heen en weer te galopperen, pijlen schietend op twee vijanden die maar achter me aan bléven rennen. Nee, de AI is niet best, want een van deze gasten gingen op een bepaald moment zelfs liggen slapen, terwijl z’n makker pijlen in z’n kop geschoten kreeg en ik regelmatig langs kwam draven. Kingdom Come: Deliverance is een game waarin Henry het ene moment naar de kont van een vrouw staat te staren waarbij de camera schaamteloos op de achterkant van een bruine pixel-jurk inzoomt, terwijl hij uren later vluchtelingen moet interviewen om er achter te komen wie het beste schijt kan ronddragen, en wie het beste water. Knulligheid en knap schrijfwerk wisselen zich net zo vaak af als lol en pure ergernis, want net zoals de denkwijzen van Warhorse haar oprichter, is Kingdom Come: Deliverance soms belachelijk antiek. Maar uiteindelijk, ik kan niet anders zeggen, is het voor iemand met een bovenmenselijk geduld toch echt wel de moeite waard allemaal.