
Street Fighter 6 (PS5) review - De grote comebackgame
Je zou het in al het zomergeweld bijna vergeten, maar in juni verschijnt óók nog het vervolg op één van de meest invloedrijke fighting-games ooit. Bas traint al weken zodat niemand hem straks nog kan verslaan.
Vroeger was ik onverslaanbaar. Street Fighter 4 was mijn game en geen van mijn vrienden durfde nog tegen mij te spelen - het was toch een geklaarde strijd. Daardoor was het eenzaam aan de top en speelde ik steeds minder. Ik hoopte dat het net als fietsen was, dat ik die oude skills nooit meer zou kwijtraken.
Oh, wat had ik het mis. Toen ik een paar maanden terug bij een serieuze Street Fighter-speler langsging voor een reportage, werd de vloer met mij geveegd. De eerste potjes probeerde ik nog van hem te winnen, later werd het doel om hem überhaupt meer dan twee keer te raken. Mijn reflexen, vingervlugheid en snelle denkwerk van Street Fighter 4 waren allemaal verloren gegaan in de dertien jaar dat ik niet had gespeeld.
Tijd voor een comeback
Alleen dat was al reden voor mij om Street Fighter 6 te willen recenseren. Het kon me zomaar een 'edge' geven. Ik kon de game eerder spelen dan wie dan ook ter wereld, om zo vast te oefenen voor als hij op 2 juni verschijnt. Grappig feitje: bij het checken van games voor verschijning moet je altijd een non-disclosure agreement tekenen, waarin je belooft niks te delen voor een afgesproken datum. Bij Street Fighter 6 moest dat ook, maar het document bevatte nog een extra puntje: ik mag als reviewer komend seizoen niet meedoen aan Street Fighter 6-e-sporttoernooien, omdat mijn vroege toegang mij een oneerlijk voordeel geeft.
Niet dat ik in die toernooien heel ver zou komen, want mijn geplande comeback heeft best wat voeten in de aarde. Ik voel me als Rocky Balboa in de zesde Rocky-film: oud en verweerd (34 is best oud voor een e-sporter), waardoor ik dubbel zo hard moest werken om er weer in te komen. Gelukkig heeft Street Fighter 6 wel wat handigheidjes om me sneller op weg te helpen.
Moderne besturing
Neem bijvoorbeeld de nieuwe besturingsopties. Vorige Street Fighters speelden bijna allemaal hetzelfde. Je had zes knoppen: drie voor een zachte, medium en harde slag en nog eens drie voor een zachte, medium of harde schop. Met snelle knoppencombinaties kon je speciale aanvallen uit je controller toveren. Je kunt deel zes nog steeds op die manier spelen, maar je hebt nu ook de 'moderne' controls. Dan heb je nog maar drie knoppen voor je slagen en schoppen, met daarnaast een toets voor je speciale vaardigheden.
Het maakt de game nét wat toegankelijker voor de gemiddelde nieuwkomer. Niet langer hoef je te onthouden welke klap of schop het beste je vijand raakt en je hoeft ook niet meer zo snel op de shoryuken-pijltjes op je gamepad te rammen. Het neemt een drempel weg. Je bent niet meer bezig met hoe je een aanval wil doen, maar wanneer je die wil uitvoeren. Je kunt er puriteins over doen, maar eerlijk: de moderne besturing maakt de game gewoon leuker.
Dit wordt de standaard
Wie de ultieme controle over zijn of haar personage wil, kan nog steeds de oude besturingsvorm kiezen. Vermoedelijk wil Capcom op die manier oud-fans paaien die bang zijn voor verandering. Een mooi gebaar, maar ik zeg het je nu alvast: over een paar jaar gebruikt iedereen alleen nog maar de moderne controls.
Overigens is er ook een derde optie waarbij je kunt buttonbashen om er een goede combo uit te krijgen. Leuk voor je tienjarige neefje die eens mee wil spelen, maar daar houdt het ook op: niemand die zichzelf online of op toernooien serieus neemt gaat deze gebruiken.
Fans terugkrijgen
Street Fighters grootste vijand in de afgelopen jaren was het internet. Vroeger speelden we onze games nog samen op de bank en was een fighter perfect: een beetje shittalken terwijl je elkaar verrot slaat met een biertje erbij. Inmiddels zijn we gewend om onze games vooral online te spelen en dat is bij dit genre net wat minder leuk. Veel oud-fans zijn daarom afgehaakt en Street Fighter 6 moet ze zien terug te krijgen. Dat doet de game op twee vrij slimme maniertjes.
Ten eerste heb je de nieuwe singleplayer. Niet langer is deze beperkt tot het saai herspelen van de Arcade-modus: je maakt ditmaal je eigen personage en trekt de grote stad in om de beste straatvechter te worden. Die character creator lijdt overigens wel aan het Elder Scroll-syndroom. Mijn personage zag er tijdens het maken heel vet uit - een soort mix tussen John Wick en Bruce Lee - om er in de werkelijke game uit te zien als een orderpikker met onregelmatige baardgroei. Het is wat het is.
Hartstikke Capcom
Verwacht overigens geen epos van de verhaalmodus. Je klopt aan bij de dojo van Luke, een relatief nieuwe straatvechter die in dlc voor Street Fighter 5 werd geïntroduceerd. Hij stuurt je op sidequests om sterker te worden - die vooral bestaan uit 'sla willekeurige mensen op straat in elkaar'. Daarna ga je op pad om dit trucje te herhalen bij iedere Street Fighter-held. Je ontgrendelt de speelstijlen van al je nieuwe meesters, zodat je zelfgemaakte krijger mettertijd speelt als je favoriete personages.
Het verhaal is hartstikke Capcom, vol met cheesy dialoog en gekke one-liners. Veel uitleg voor wat er om je heen gebeurt wordt niet gegeven - de game wil gewoon dat je in de stad rondwandelt en om je heen mept. Het is een leuke manier om even aan het spel te wennen, maar het kriebelt al snel om tegen andere, echte mensen te knokken. En dan kom je terecht bij de nieuwe multiplayer.
Battle Hub
Street Fighter 6 doet zijn stinkende best om je online hetzelfde gevoel te geven als thuis op de bank. In de Battle Hub vind je geen kille menu's en saaie matchmaking-schermen: je wordt in een lobby geplempt waarin jij en andere spelers rondwandelen. Je kunt zwaaien, chatten en samen een arcademachine opzoeken om een potje Street Fighter te spelen.
Een leuk idee, maar het voelt ergens ook wat knullig. Een beetje alsof je in Habbo Hotel rondwandelt. En hoewel je gezellig digitaal kunt afspreken, zit je alsnog eenzaam en alleen online achter je console of pc. Het evenaart nooit de gezelligheid van een huiskamer vol vrienden voor een potje 'winnaar blijft zitten'.En toch maakt het van Street Fighter 6 de ideale comebackgame. Je begint, nerveus omdat je jaren niet hebt gespeeld, stilletjes in de singleplayermodus. Met moderne controls, want wie heeft nog zin om kwartcirkeltjes te draaien? Daarna duik je de Battle Hub in om te knokken tegen echte mensen - dat voelt toch net wat menselijker dan de oude matchmaking, waarbij je genadeloos wordt afgestraft. En dan, voor je het weet, zit je er weer in. Word je steeds iets beter. En doe je mee aan toernooien. Dit kan wel eens de Street Fighter worden die mensen weer terugkrijgt.
Street Fighter 6 is vanaf 2 juni verkrijgbaar op PlayStation 5, PlayStation 4, Xbox Series X en S en pc.