Header

Lords of the Fallen (PS5) review – Fallt een beetje tegen

Lords of the Fallen leek perfect in het straatje van Jari te passen. Na Elden Ring is de beste man immers verzot op soulslikes. Helaas moet hij na een 38 uur durende playthrough concluderen dat het werk van ontwikkelaar Hexworks een stuk minder verfijnd is dan de kunstwerkjes van FromSoftware.

Zo op het eerste oog is Lords of the Fallen een soulslike pur sang. Zo eentje die schaamteloos alle mechanieken overneemt die de games van FromSoftware kenmerken. Je maakt je eigen personage aan, wordt in een wereld gedropt, gaat levels omhoog met zielen – in deze game Vigor – en reist van eindbaas naar eindbaas in een door lore doordrenkte wereld.

Lore of the Fallen

Net als in andere soulslikes wordt het verhaal er absoluut niet dik opgelegd. Je moet het doen met het openingsfilmpje, gesprekken met npc’s en het lezen van itembeschrijvingen. Kortgezegd speelt Lords of the Fallen zich af in een wereld waarin Adyr, de demonengod, is verslagen. Aan jou de taak om ervoor te zorgen dat hij niet kan herrijzen. Dat doe je door vijf bakens af te gaan en ze te herstellen. Of je doet dat niet, dan krijg je een ander einde. In totaal zijn er daar drie van. De opzet is interessant genoeg, maar baanbrekend is het allemaal niet. Laten we eerlijk zijn: je speelt deze game niet voor het verhaal.

De combat is waar je het voor doet. Die is ook heel herkenbaar. Je hebt een lichte aanval, zware aanval, je kunt blokkeren, pareren en uiteraard rollen. Hierbij moet je natuurlijk je uithoudingsvermogen nauwlettend in de gaten houden. Gooi wat spreuken in de mix en je hebt een goed beeld van wat je te wachten staat. 

Nieuw sausje

Ik hoor je al denken, dat riedeltje kennen we zo langzamerhand wel. Toch probeert Lords of the Fallen ook een beetje een eigen sausje toe te voegen aan de formule. Je loopt namelijk met een speciale lamp in je klauwen. Die lamp is verbonden aan veel te ingewikkelde lore, maar is ook goed voor een aantal gameplaytechnische trucjes.

De belangrijkste functie van de lamp is het reizen tussen dimensies. De game speelt zich namelijk af in twee parallelle universums: Axiom, de wereld van de levenden, en Umbral, niet geheel verrassend de wereld van de doden. Als je sterft kom je opnieuw ‘tot leven’ in Umbral en krijg je dus op Sekiro-achtige wijze een nieuwe kans, of je kan er zelf voor kiezen om met je lamp naar de Umbral te gaan.

Ook kun je je lamp gebruiken tijdens de gevechten. Met een soul flay trek je de ziel uit een vijand en kun je hem schade toebrengen. Die soul flay gebruik je ook in Umbral om platformen en deuren in beweging te brengen en items te vergaren. Ook kun je je lamp upgraden en voorzien van perks die je helpen. Zo gebruikte ik bijvoorbeeld een vaardigheid die een vijand schade toebracht bij een perfecte dodge. Het zijn kleine dingen die Lords of the Fallen een beetje een eigen smoelwerk geven.

Umbral lijkt qua indeling doorgaans erg veel op de normale spelwereld, maar er zijn toch een hoop verschillen. Bepaalde paden zijn bijvoorbeeld alleen daar toegankelijk en ook zitten er geheimen verstopt die je in de normale wereld niet kunt vinden. Het aantal vijanden gaat ook flink omhoog en hoe langer je in Umbral blijft, hoe meer vijanden er verschijnen.

De spelwereld is voor iedere souls-veteraan herkenbaar. Je manoeuvreert je door kastelen, een moeras en vergane stadjes. Het is niets dat je niet kent uit andere games, maar het sfeertje in Umbral is een van de grootste pluspunten van Lords of the Fallen. Je kunt de wereld het best vergelijken met de Upside Down van Stranger Things. Het is een grauwe, grijze leegte vol ellende. Hoe langer je er vertoeft, hoe verontrustender de muziek ook wordt en van het geluid van een huilende baby op de achtergrond gaat je rughaar rechtovereind staan.

De sfeer zit er dus goed in, maar qua gameplay laat het systeem met twee werelden nog wel wat te wensen over. Veel dieper dan een paar simpele omgevingspuzzeltjes en verborgen geheimen is het namelijk niet. Op sommige punten in de game ben je nou eenmaal verplicht om naar Umbral te gaan. Op eigen initiatief afreizen levert vaak wat handige spulletjes op, maar echt grote verrassingen heeft Umbral niet in petto.

De wereld op zich bevat overigens wel veel verrassingen. Misschien wel te veel. De levels zijn namelijk behoorlijk complex. Ontelbare gangetjes en routes maken het navigeren van de spelwereld bij vlagen erg lastig. Dat een level op het eerste oog complex lijkt, hoort er natuurlijk een beetje bij, maar in Lords of the Fallen had ik in bijna geen enkel gebied het idee dat ik na een tijdje wist hoe de boel in elkaar zat. Het lukte mij maar niet om de levels echt te doorgronden. Meermaals vroeg ik me hardop af waar ik nou in godsnaam naartoe moest. 

Bored of the Fallen

Wat ook niet helpt is dat elk gebied tot de nok toe gevuld is met vijanden. Zes, zeven of zelfs acht vijanden tegelijk in je nek is eerder regel dan uitzondering. En die vijanden blijven je ook een eeuwigheid achtervolgen. In de meeste soulslikes geven ze het na een tijdje op als je wegloopt, maar hier blijven ze maar achter je aan rennen. En dan heb ik het nog niet eens gehad over de hoeveelheid vijanden die je op afstand bestoken met spreuken en andere ongein. Ben je iemand die regelmatig een controller door de woonkamer sodemietert, pas dan maar op met Lords of the Fallen. Doodgaan voelt vaak onrechtvaardig en ronduit goedkoop aan.

Ook de eindbazen vallen een beetje tegen. Wat dat betreft is de game goed te vergelijken met Demon’s Souls: moeilijke, complexe levels en simpele, puzzelachtige eindbazen. Het aantal leuke gevechten is helaas op één hand te tellen. De rest van de bazen voelt als nutteloze filler, en dat veel van de tussenbazen direct in het volgende gebied al opduiken als normale vijanden, is veelzeggend. Dat trucje is natuurlijk bekend en geeft normaal gesproken mooi je progressie weer. In Elden Ring was ik bijvoorbeeld erg verbaasd toen de Caveman die ik in Limgrave als eindbaas bevocht, tientallen uren later ineens opdook als normale vijand in Farum Azula. Een eindbaas direct na het gevecht al terugzien als vijand maakt echter een stuk minder indruk.

Lords of the Framedrops

Wat ook goedkoop aanvoelt, is de performance. Lords of the Fallen draait op Unreal Engine 5. Dat levert soms (lees: heel soms) mooie plaatjes op, maar je merkt aan alles dat deze engine veel te zwaar is om in zestig frames per seconde te draaien op de huidige generatie consoles. Texturen zijn korrelig, de resolutie is extreem laag voor de huidige maatstaven - 1080p in performance mode, 1440p in quality mode op de consoles - en een stabiele framerate is een utopie.

Normaal gesproken ben ik de laatste die een game afzeikt op graphics en wat framedropjes, maar de haperingen zijn in dit geval zo erg dat het de gameplay echt in de weg staat. Doodgaan doordat het beeld plots blijft stilstaan kwam vaker voor dan mij lief was. Sowieso lijkt de game elke keer vlak voordat je doodgaat te haperen. Dood ga je dan sowieso wel, maar die hapering maakt het alleen maar frustrerender. Tijdens mijn speelsessie zijn er diverse patches geweest die de performance moesten verbeteren, maar het is zo nu en dan nog steeds een diavoorstelling, zelfs op de PlayStation 5. Op Xbox Series X en S schijnt het zelfs nog erger te zijn en ook op pc laat de optimalisatie te wensen over. Iets meer tijd in de couveuse was voor dit spel dus geen overbodige luxe geweest. Een game in deze staat uitbrengen is wat mij betreft eigenlijk een no go.

Hopen op de toekomst

Lords of the Fallen brengt me in dubio. Aan de ene kant ontbeert de game veel te veel om echt fantastisch te zijn, maar aan de andere kant is het wel een AAA-game die de regie nog écht bij de speler durft te leggen. Het is een echte game, en geen wannabe film met eindeloze tussenfilmpjes en dialogen waar de AAA-industrie tegenwoordig bol van staat. Deze game hoeft niet aan te slaan bij de massa, integendeel. Dit is een ‘gamersgame’ en alleen al die intentie is prijzenswaardig.

Deze review klinkt misschien overdreven negatief, maar ik heb best genoten van de game. De formule die FromSoftware in 2009 bedacht, vertoont absoluut nog geen tekenen van ouderdom. Lords of the Fallen doet met deze formule veel leuke dingen, maar mist op alle gebieden wel de nodige verfijning. Met die verfijning zou dit een topgame zijn, zonder is het een lekker tussendoortje. Hopelijk geeft Hexworks niet op en weten ze met een toekomstige derde poging wel die ijzersterke soulslike af te leveren waar deze game vooral naar hint.

Lords of the Fallen is nu verkrijgbaar voor PlayStation 5, Xbox Series X en S en pc. Voor deze review is de game op PlayStation 5 gespeeld.

Conclusie

Ons oordeel

6,1
61
Lords of the Fallen mist op elk vlak verfijning, maar is desondanks een aardige toevoeging aan het soulslike genre. De keuze voor Unreal Engine 5 is ongelukkig, de moeilijkheidsgraad is alles behalve in balans en het aantal tergend slechte bazen is niet op één hand te tellen, en toch vormt alles tezamen een vermakelijk geheel boordevol content en bovendien een mooie opstap naar een écht goede soulslike.

Aanbevolen voor jou