Review: Ninja Gaiden 4 valt te vaak in herhaling
Ninja Gaiden 4 valt te vaak in herhaling
Ik zou graag een vlieg op de muur zijn geweest tijdens de eerste meetings over Ninja Gaiden 4. De magie in die kleine Japanse vergaderkamers moet bijkans tastbaar zijn geweest. Team Ninja, bedenker van de Ninja Gaiden-serie, dat samenwerkt met PlatinumGames, de grootmeesters van de hack-and-slash. Iedereen in die kamers wist: hier staat iets bijzonders te gebeuren.
En zo geschiedde, want de actie van Ninja Gaiden 4 is inderdaad bijzonder. Dit is de eerste Ninja Gaiden die speelt als een Platinum-game. Pixelprecieze dodges en parries zijn aan de orde van de dag. Je ontwijkt aanvallen door net op tijd de rechtertrigger in te drukken, plaatst jezelf in slowmotion achter een vijand en zet je combo direct voort. Met een welgetimede parry kun je snel een counter inzetten, die soms meerdere tegenstanders tegelijkertijd raakt.
Je raast over het scherm terwijl de lichaamsdelen in het rond vliegen. In de praktijk ben je vooral op zoek naar openingen in de verdediging van tegenstanders. Als dat lukt, en jij vindt de ruimte om een vijand te onderbreken en de tegenaanval in te zetten, is Ninja Gaiden 4 op zijn best. Zelfs eindbazen kun je soms secondenlang onder druk zetten door combo’s, dodges en blocks af te wisselen. Soms raken ze amper de grond.
Dat bevredigende gevoel is PlatinumGames ten voeten uit. Dat betekent ook dat het ‘klassieke’ Ninja Gaiden soms moeilijk terug te zien is. Je herkent sommige elementen uit de serie, zeker als je wordt omcirkeld door meerdere vijanden of als je van een afstandje bestookt wordt, maar toch voelt de actie uiteindelijk te licht en snel om typisch Ninja Gaiden te zijn. Dat is niet erg, want de actie is geweldig, maar waarschijnlijk goed om te weten voor Ninja Gaiden-fans.
Cool
Nu ben ik begin augustus al dieper op die actie ingegaan in mijn preview. Eigenlijk zijn mijn bevindingen na het uitspelen van de game niet echt veranderd – tenminste, niet als het over de actie gaat. In het heetst van de strijd is Ninja Gaiden 4 nog altijd een droom die uitkomt. De combo’s zijn spectaculair, de vijanden zijn agressief maar doorzichtig en het vechtsysteem ontleent veel diepgang aan de nieuwe krachten.
Yakumo, met wie je het grootste gedeelte van de game speelt, beschikt onder de linkertrigger over Bloodbind Ninjutsu. Door die trigger in te houden schakelt een van zijn vier wapens naar een nieuwe wapensoort - zelfs te midden van combo’s. Dat is niet alleen cool door de rode flitsen die daarmee gepaard gaan, die krachten voelen ook bijzonder lekker om in te zetten. Omdat ze onder een trigger zitten, roep je ze direct op. Dat gaat zó snel.
Dat is geen overbodige luxe, want sommige vijanden werpen uit het niets een schild op dat je enkel met Bloodbind Ninjutsu kunt raken. Het voelt heerlijk om dat te zien gebeuren, even die trigger in te houden, die schilden met Bloodbind te breken, om vervolgens weer door te pakken met normale combo’s. Dat klinkt ingewikkeld, maar dat valt op zich mee. De camera werkt meestal goed mee en veel combo’s zijn simpel uit te voeren.
Waarschijnlijk is dit de meest spelersvriendelijke Ninja Gaiden tot nu toe. Als je nieuwe moves wilt testen kun je heel makkelijk schakelen naar de oefenmodus. Bovendien zijn er veel hulpmiddelen, waaronder een optie om blocks en dodges automatisch uit te voeren. De automatische lock-on-functie raad ik zeker aan, die is handig voor het overzicht als het druk wordt. Het is ook op ieder moment mogelijk om een lagere moeilijkheidsgraad te selecteren.
Niet cool
Maar er is een maar. Ninja Gaiden 4 klinkt misschien als een actiegame voor iedereen, maar dat is niet zo. Ninja Gaiden 4 is geen, ik noem maar wat, God of War (2018). Dit is geen game waarin de actie vooral een vehikel is voor het verhaal en spektakel. Nee, de actie is deze game. Als die actie voor jou bijzaak is, kun je deze game direct laten liggen. Dat was altijd al zo bij Ninja Gaiden, maar dat geldt nog véél meer voor dit vierde deel.
En dat is geen verkapt compliment. Ik zeg dit niet omdat het er ‘eentje voor de echte fans’ is. Nee, Ninja Gaiden 4 is een van de slechtst gepacete, meest repetitieve actiegames die ik in lange tijd heb gespeeld. Het levelontwerp, de vijanden, de omgevingen, de lineaire segmenten tussen arena’s: al die aspecten vallen op de een of andere manier in herhaling. Ik weet oprecht niet eens waar ik moet beginnen.
In de eerste paar levels, die zich afspelen in een soort futuristisch Tokio, valt dat nog niet zo op. Na ieder groot gevecht spring je op een soort treinrails en grind je naar je volgende bestemming. Terwijl je aan het grinden bent, moet je van links naar rechts springen om treinen en andere obstakels te ontwijken. Een beetje zoals in de game Subway Surfers. Een rare keuze, denk je dan, maar goed, het zijn maar kleine stukjes – fine.
Zalig zijn de onwetenden. Die kleine stukjes vormen zo goed als de gehele game als je niet aan het knokken bent. Dat lees je goed: als er geen tegenstanders in beeld zijn, ben je waarschijnlijk over rails aan het grinden, aan het surfen of aan het wingsuiten. Er zijn frisse eindbazen en challenges, maar de hoofdmoot van deze videogame volgt hetzelfde patroon: een stukje on-rails, vechten,een stukje on-rails, vechten – repeat.
Herhaling
Er zijn in totaal vier of vijf biomes, ieder met eigen vijanden, maar binnen die biomes is eigenlijk geen echte afwisseling te bekennen. Dus stel je loopt vier levels door de bossen, dan zijn die bossen de hele tijd hetzelfde. Ook de invulling van arena’s in die bossen wordt steeds herhaald, net als de vijanden waar je het in die arena’s tegen opneemt. Het segment in de bossen wordt afgesloten met een eindbaas. Toch weer een boss.
Wanneer de game wél iets nieuws lijkt te introduceren, word je meer dan eens teleurgesteld. Neem de derde omgeving, het riool. Als je zo weinig omgevingen hebt, zou ik zeggen: sla het riool even over, we kunnen zonder - maar soit. Je loopt in dat riool een dansclub binnen. Op zich cool, want die setting komt uit het niets. Maar ja, de uitwerking is vlees noch vis. De muziek zwelt amper aan en de discolampen doen meer denken aan een kinderfeestje.
Bovendien vecht je in die disco tegen dezelfde vijanden als daarvoor. En ja, dit disco-riool-segment keert daarna allicht nog een keer of vijf terug. Dit is extra vervelend omdat elke spelwereld in deze game leeg is. Je komt geen andere mensen tegen (los van één npc) en er is geen interactie buiten de arena’s. De vierde omgeving duurt drie uur en bestaat uit een soort eindeloze witte gang, met her en der wat grijze kamertjes.
Dezelfde vijanden, dezelfde sfeer, hetzelfde ritme, weer grinden over rails, weer wingsuiten: zelfs eindbazen en challenge-levels wegen niet op tegen zoveel herhaling.
Herhaling
Direct na die vierde omgeving gloort er hoop aan de horizon, want Yakumo wordt ingewisseld voor Ryu. Ryu heeft andere animaties en gebruikt zijn kenmerkende Dragon Sword, dat vier nieuwe krachten heeft. Die krachten zijn gebaseerd op de Ninpo-krachten uit eerdere delen. Zo kun je onder meer blauwe zwaarden op tegenstanders afsturen door de linkertrigger in te drukken. Dat is oprecht cool, zeker voor de fans.
Ryu is daarnaast ook leuk om mee te spelen, want hij voelt nóg sneller en lichter dan Yakumo. Hij teleporteert bijna door het scherm tijdens bepaalde combo’s. Ook de kenmerkende Izuna-drop uit eerdere delen oogt toch net iets beter met Ryu. Dat zit ‘m allemaal in gevoel, want uiteindelijk ben je alsnog aan het dodgen en blocken, maar er is tenminste afwisseling. Althans, daar lijkt het op. Want dan doet deze game het ondenkbare.
Ik zal de twist niet verklappen, maar zodra je Ryu onder de knoppen krijgt, valt deze game opnieuw in herhaling. En ik doel niet op een verhalende twist, want het verhaal is slecht, maar dat is altijd zo in Ninja Gaiden-games. Nee, Ninja Gaiden 4 past Ryu in op een manier die zo brutaal en goedkoop is, dat ik er een beetje weemoedig van werd. Dat moment brak mij. Het laatste deel van de game heb ik met tegenzin gespeeld.
Herhaling
Ik had nooit verwacht dat ik dat over Ninja Gaiden 4 zou schrijven. Ik keek zo uit naar deze game, maar het is alsof de ontwikkelaars de rest van de videogame zijn vergeten. Er is daarom maar één type gamer dat ik dit spel zou aanraden: de freak die uren wil doorbrengen in trainingsmodi, louter om de combo’s in het spiergeheugen te pompen. Als je dat leuk vindt, valt hier iets te halen, want Ninja Gaiden 4 is vooral kale hack-and-slash-actie.
Ik ben zo’n freak, maar zelfs ik voelde mij richting het einde van de game murw geslagen. Ja, ik heb af en toe oprecht van Ninja Gaiden 4 genoten. Iedere welgetimede dodge of parry geeft me het gevoel lekker bezig te zijn. Dan voelt iedere animatie op het scherm bedoeld en op haar plek. Zeker op de Master Ninja-moeilijkheidsgraad, die je vrijspeelt na het uitspelen van de game. Dan dwingt de game je écht om je blocks en aanvallen te timen.
Je kijkt dan panisch naar links en rechts, zoekend naar vijanden die de aanval op je willen openen. Zo’n aanval is immers jouw window naar die perfecte dodge of parry. Daarin schuilt voldoening, zelfs op de normale moeilijkheidsgraad, maar die actie maakt Ninja Gaiden 4 nog geen goede videogame. Tenminste, niet voor mij, een freak. Ik acht de kans daarom klein dat Ninja Gaiden 4 wel een goede game voor jou is.
Ninja Gaiden 4 is uit op pc, PlayStation 5 en Xbox Series X en S. De game staat ook op Game Pass.
Ninja Gaiden 4 teert op fenomenale actie zoals je die kent van PlatinumGames, maar valt veel te vaak in herhaling. Omgevingen, vijanden en zelfs eindbazen worden eindeloos herhaald in een spelwereld die continu leeg en klinisch is. Dat maakt het moeilijk om van het vechten te genieten – je weet eigenlijk altijd wat er komen gaat.