Thunderbolts filmreview - Een defibrillator voor het MCU

Laten we eerlijk zijn: iedereen had het al een beetje opgegeven, toch? Het filmuniversum van Marvel is sinds Endgame is gepasseerd al een zooitje, met hier en daar een pareltje in de modder. De rode draad lijkt zoek, dus het is lastig om hype te voelen voor de aankomende Avengers-films, al helemaal aangezien de meest recente Captain America-film óók al de plank missloeg.

Het gaspitje van hoop
Met gematigde verwachtingen ging ik Thunderbolts in. De cast ziet er in ieder geval goed uit, met namen als Florence Pugh, David Harbour, Julia Louis-Dreyfus en Sebastian Stan. Toen zag ik dat de film geregisseerd werd door Jake Schreier, die onder andere afleveringen van het sterke eerste seizoen van Beef regisseerde, en m’n gematigde verwachtingen kregen een gevaarlijk waakvlammetje aan hoop.
Even later zag ik wie de film geschreven hebben: Eric Pearson, een welbekende MCU-script doctor, werkte samen met Joanna Calo, die geniaal schrijfwerk afleverde met haar werk aan BoJack Horseman, The Bear en Beef. De betrokkenheid van Pearson maakte me wat sceptisch - hij schreef Thor Ragnarok en Avengers: Infinity War, maar óók Black Widow. Toch werd het vlammetje alsmaar groter.

Tel daarbij op dat ik onze eigen Mol tegenkwam bij de persvoorstelling, aangezien hij de film voor een ander platform recenseert. Plotseling werd het gaspitje van hoop en hype aangedraaid, totdat het waakvlammetje veranderde in een heuse vlam. In de bios voor een MCU-film van goede schrijvers, met een dikke cast, met een vriend aan je zijde? Het lijkt wel 2016! Toen de Marvel-muziek door de speakers knalde, werden we even mee teruggenomen in de tijd - zou het dan toch?
Originaliteit? In het MCU!?
Ja, ik weet dat ik hier iets geks zeg: in het universum van Marvel wordt iedere gedurfde keuze het raam uit geworpen, omdat het simpel vermaak moet zijn, dat makkelijk verteerd wordt door het hele publiek. Misschien zag Marvel hun strategie eindelijk niet meer zitten, want Thunderbolts is het meest originele verhaal dat we in tijden in een Marvel-film hebben gezien.

De set-up is wat vaag; het is in ieder geval niet zo rechttoe rechtaan als ‘Team? Vijand, daar. Schiet!’ Daarom moet je eigenlijk met zo weinig mogelijk voorkennis aan deze film beginnen, want een deel van het genot zit ‘m in de manier waarop het verhaal zich ontvouwt.
Het centrale groepje antihelden ketst heerlijk op elkaar af. John Walkers irritante alfa-mannelijkheid - heerlijk gespeeld door Wyatt Russel - wordt lekker bekritiseerd door het cynisme van Yelena Belova, terwijl David Harbours vaderlijke enthousiasme aanstekelijk werkt.

Herkenbare duisternis
Binnen deze leuke groep doet Joanna Calo precies waar The Bear, Beef en BoJack Horseman ook in uitblinken: de humor gaat gepaard met een flinke dosis herkenbare negativiteit. De antihelden hebben zo hun kwellingen die je als kijker misschien ook wel kent. Door de imperfecte aspecten van de personages te omarmen worden ze véél menselijker, wat de film een kloppend hart geeft.
Daarmee doet Thunderbolts juist goed wat in Thor: Love & Thunder zo grandioos liet falen: humor en drama worden feilloos gecombineerd. In Love & Thunder slaat een terminaal zieke patiënt binnen enkele momenten om van het horen van haar diagnose, tot het maken van woordgrapjes.

Dat ga je in Thunderbolts niet zien. De humor en het drama bestaan naast elkaar, maar zitten elkaar zelden in de weg. Het drama is zelfs behoorlijk sterk: het scheelde niet veel, of ik had een traantje gelaten. Het is dat het een persvoorstelling was, anders had ik net zulke natte wangen gehad als bij bepaalde momenten uit The Last of Us.
De rode draad
Het grootste wonder dat Thunderbolts verricht is het terugvinden van de rode draad van het MCU. Al jaren is die zoek, en Kevin Feige heeft iedere steen omgekeerd om ‘m weer te vinden. Die beruchte rode draad bleef project na project maar uit, en het werd steeds lastiger om nog hype te creëren voor MCU-projecten.

Nou, hang de vlaggen maar uit: Thunderbolts lijkt eíndelijk weer een beetje richting aan het universum te geven. Voor het eerst in tijden voelt het als een coherent universum, omdat de film allerlei oude verhaallijntjes aan elkaar knoopt. De verhaallijn met Julia Louis-Dreyfus wordt al jaren opgezet en werpt eindelijk zijn vruchten af, en er wordt een acht jaar oude(!) post-credits scène ingelost.
Als ik iets op Thunderbolts moet aanmerken, dan is het dat de film niet alle superheldenclichés weet te vermijden. Maar als ik eerlijk ben kon dat me bij het kijken niet zo deren. Na de post-credits scènes zat ik als vanouds met Mol en z’n collega Job lekker enthousiast te speculeren over de toekomst van dit universum. En oh, dat voelt als thuiskomen!
Thunderbolts is vanaf 30 april te zien in de bioscoop.
Opmerkingen