The Elder Scrolls 4: Oblivion en de lokroep van het avontuur
Natuurlijk verscheen het vierde deel in de The Elder Scrolls-reeks ook op pc en PlayStation 3 (al was laatstgenoemde console toen nog niet eens in Europa beschikbaar), maar bij veel gamers staat Oblivion toch vooral synoniem aan die crèmekleurige pilaar van Microsoft. Lanceringsgames als Kameo, Perfect Dark Zero en Call of Duty 2 waren inmiddels binnenstebuiten gekeerd en nieuwe eigenaren stonden dan ook te trappelen om the next big thing. Dat was zonder twijfel Oblivion.
Bullshots
De jaren ervoor keken veel gamers al met ongeloof naar de eerste screenshots van het spel. Bijna iedereen was het erover eens dat het zogenaamde ‘bullshots’ betrof: screenshots die aangepast waren door de uitgever om het spel mooier te laten lijken. De weelderige bossen op rollende heuvels en witte tempels waarop virtueel licht weerkaatste zagen er haast CGI-achtig uit. No way dat het uiteindelijke spel er zo uit zou zien. Onmogelijk!
En tegelijkertijd prikkelden juist die screenshots de fantasie van velen. Ze straalden een ongetemd gevoel van avontuur uit - alsof er een grote, open spelwereld op je lag te wachten waarin alles mogelijk was. Ondergetekende had sinds dat hij vroege screenshots van Zelda: Ocarina of Time zag niet zo’n pure belofte van onbeperkte mogelijkheden ervaren. Opvallend genoeg werd die belofte volledig waargemaakt met de uiteindelijke release van Oblivion.
Doordat de ontwikkelaar spelers niet te veel bij het handje neemt, voelt het alsof je zélf het verhaal in Oblivion creëert en met oplossingen voor missies komt.
-
De wereld aan je voeten
De game begint in een zompige, duistere kerker waar de gemiddelde speler eerst een paar uur zoet is met de character creator. De vele opties om je personage naar eigen smaak aan te passen – van zijn of haar ras tot de grootte van de neus en het voorhoofd – waren zeker voor consolebegrippen in die tijd enorm uitgebreid. Wanneer je eindelijk iets hebt gecreëerd waar je min of meer tevreden mee bent, volgt een ontsnappingstocht uit de gevangenis. Je weet uit een spleet in de muur te kruipen en knijpt je ogen even dicht tegen het felle zonlicht… en vervolgens ligt de wereld aan je voeten.
Dat laatste kun je letterlijk opvatten. Hoewel Oblivion een verhaal heeft met bijbehorende missies, ben je vanaf het moment dat je naar buiten stapt vrij om Cyrodiil op je eigen tempo te verkennen. Je bent net ontsnapt uit de hoofdstad van de provincie, dat in het midden van de spelwereld ligt. Het maakt niet uit welke kant je oploopt; je bent omsingeld door uitgestrekte vlaktes, torenhoge gebergten en weelderige bossen. Het gevoel van vrijheid en avontuur dat dit bij de speler oproept, is een ervaring die velen zich nog altijd als de dag van gisteren herinneren.
Gamers die het vorige deel in The Elder Scrolls-reeks hadden gespeeld, waren dat natuurlijk al gewend. Sterker nog: Morrowind bood zo mogelijk nóg meer vrijheid en dat in een gevarieerdere spelwereld. Maar Oblivion wist de juiste balans te slaan tussen die geliefde vrijheid en een hoop quality of life-toevoegingen waarmee het spel toegankelijk werd gemaakt voor een groot publiek. Daarbij was Oblivion voor veel consolegamers de eerste aanraking met de franchise en dus voor die tijd een unieke ervaring.
By Azura, by Azura, by Azura!
Verken op eigen houtje de nabijgelegen bossen en het kan bijna niet anders of je stuit op een aantal mysterieuze tempels of dreigende grotten. Uiteindelijk blijken veel van die ondergrondse kerkers erg op elkaar te lijken, maar dat weet je tijdens die eerste uren van het spel nog niet. De mogelijkheden lijken eindeloos. Net zo indrukwekkend zijn de verschillende steden in de game, die allemaal hun eigen uitstraling hebben. Mijn persoonlijke favoriet is Skingrad, dat niet alleen een verrukkelijk middeleeuws sfeertje uitstraalt, maar ook nog eens het beste woonbare huis in de game bevat.
Mocht je jezelf uiteindelijk toch wagen aan de verhalende (zij)missies, dan stellen ook die niet teleur. De verhaalmissies voeren je door heel de spelwereld en worden van extra elan voorzien door ingesproken stemmen van onder andere Sean Bean en Patrick Stewart. Toch zijn het vooral de vele zijmissies die met de vaak unieke insteek de meeste indruk maken. Een speurtocht in een kasteel naar een gestolen schilderij, het verkennen van een oud piratenschip, als kersverse moordenaar gecontacteerd worden door de mysterieuze Dark Brotherhood, de held van een arenagevecht worden en je persoonlijke fan als schildknecht aanstellen (en hem zo snel mogelijk weer kwijt zien te raken): de creativiteit spat ervan af. Doordat de ontwikkelaar spelers niet te veel bij het handje neemt, voelt het alsof je zélf het verhaal in Oblivion creëert en met oplossingen voor missies komt.
Persoonlijke herinneringen
Daardoor hebben veel spelers gevoelsmatig persoonlijke herinneringen aan de vierde The Elder Scrolls-game. Terugblikkend voelt het alsof je anderhalf decennia geleden zélf een reis hebt gemaakt door Cyrodiil. Mij staat bijvoorbeeld nog heel goed bij dat ik nachtenlang een npc door de straten van Skingrad heb achtervolgd. Ik heb geen flauw idee meer waarom ik dat deed en voor welke missie het was, maar ik weet nog wel dat het voelde alsof ik daar écht een ander persoon aan het stalken was, vlakbij de kerk terwijl er af en toe een regenhoos naar beneden viel. Ook staat mij het eerste huisje dat ik kocht nog goed bij: een krot in de sloppenwijken van de hoofdstad bestaande uit één kamer. Maar het was mijn kamer, ingericht zoals ik het wilde, en verdomd als het niet gezellig was!
Start Oblivion nu op en er blijft op het eerste gezicht nog maar weinig van die magie over. Het spel ziet er grafisch inmiddels vrij belabberd uit – al was het al die jaren geleden al vrij moeilijk om een fatsoenlijk ogend gezicht in de character creator te maken – en het spel bestuurt houterig. Oblivion is ingehaald door vele andere games, op één gebied na: die belofte van vrijheid, het idee dat alles mogelijk is en dat je zelf je eigen avontuur kunt maken. The Elder Scrolls 4: Oblivion verscheen precies in een tijd waarin games met torenhoge productiekosten kwaliteit aan een groot publiek konden leveren, maar waar de ervaring nog niet zó gestroomlijnd was dat je vastgebonden zat in de achtbaanrit die de ontwikkelaars voor je hadden bedacht. Zo worden ze tegenwoordig niet meer gemaakt.
In Reload houdt Gamer.nl regelmatig games van toen tegen het licht van nu. Lees ook andere Reloads:
Opmerkingen